Van vloeibaar naar crèmehoning.

 Van vloeibaar naar crèmehoning.  

Kristallisatie is de vorming van glucose-kristallen. De korreligheid wordt bepaald door de hoeveelheid glucose in oververzadiging.

Dus: kristallisatie is alleen afhankelijk van de hoeveelheid glucose t.o.v. het vochtgehalte.

Glucose is minder oplosbaar in water dan fructose en kristalliseert dus eerst. Hierbij komt water vrij.

Bij hoog fructose gehalte is er weinig of geen kristallisatie.

Dus acacia honing, weinig glucose  nooit kristallisatie, linde en honingdauw weinig kristallisatie.

Koolzaadhoning, veel glucose     altijd kristallisatie.

Beïnvloeding  van kristallisatie  door temperatuur

Versnelling van kristallisatie.

Door enten van een fijn gekristalliseerde  honing, één pot per ca. 10 kg.

In elke honing bevinden zich  kristallisatiekiemen, zoals pollen, bijenhaartjes of minuscule  luchtbelletjes.

Vaste onzuiverheden en luchtbellen, dus niet goed zeven en te koud klaren, waardoor de kristal een begin punt heeft om te bouwen.

(daarom worden in sommige fabriekshoningen alle stuifmeelkorrels weg gefilterd.)

Vertragen van  de kristallisatie:

. een hoog watergehalte

. een hoog dextrinegehalte (b.v. honingdauw)

. een hoog gehalte aan eiwitten en niet suikers.

Een potje sterk gekristalliseerd:

. onderin kristallisatie van glucose

. daardoor ontmenging, waarbij water  vrijkomt die opstijgt

. boven inwaterrijke fruktose met kans op gisting.

Door verwarming  (aubain Marie) lost de kristallisatie weer op. Nooit hoger verwarmen dan 40 graden C.  i.v.m. HMF( Hydroxy-methyl-furfural)  gehalte een  suiker afbraak product  en de afbraak van enzymen.